Bij de reactievergelijking van calciumcarbonaat en de overmaat azijnzuur op 5:30: moet je dan niet rechts van de pijl de Ca2+ en de 2CH3COO- samenvoegen tot Ca(CH3COO)2?
in de opdrachten van de 30 challenge staat Waarom geleidt een ammonia goed stroom? met als antw; NH3 + H2O > NH4+ + OH- ionen kunnnen vrij bewegen Ik snap dit niet, NH3 staat in binas t49 als base boven h20 als zuur, hoe neemt de base dan alsnog een h+ op?
NH3 is een zwakke base en reageert daarom in een evenwichtsreactie tot NH4+ en OH-. Als je alleen een zwakke base in water hebt, dan hoef je niet in binas te kijken. Hetzelfde geldt als je kijkt naar een zwakke base in water. We hebben het dan wel over evenwichtsreactie waarbij het evenwicht sterk links ligt, dus aan de kant van de zwakke base + water of van het zwakke zuur + water. Zie ook. ua-cam.com/video/kufClldgB1s/v-deo.html
Dat getal ontstaat bij het wegwerken van de haakjes, het is 6,,9x10^-3x0,15. Je gaat het schrijven in de vorm ax^2 + bx + c = 0 om daarna de abc-formule te kunnen toepassen. Hopelijk maakt dit het wat duidelijker.
In het zout Na2O zit de sterke base O^2- (die staat wel in binas 49). Omdat je nooit alleen oxide-ionen hebt, heb je deze sterke base altijd als onderdeel van een zout, bijvoorbeeld natriumoxide zoals in dit voorbeeld.
Het is inderdaad een zwakke base. In water zou CO32- inderdaad 1 H+ opnemen. In dit filmpje wordt een overmaat van een sterk zuur toegevoegd. CO32- kan door de 2- lading 2 keer H+ opnemen, het zal ook 2 keer H+ opnemen als er genoegd H+ in de oplossing aanwezig is. Omdat er overmaat staat van het zuur, weet je hier dat er genoeg H+ aanwezig is.
Omdat het CO2 ontsnapt uit de oplossing, zal de reactie naar links in het evenwicht niet plaatsvinden. Het evenwicht loopt uiteindelijk af naar rechts en daarom staat er alleen een pijl naar rechts. Als je er wel evenwichtspijlen zet, wordt dat over het algemeen wel goed gerekend.
De concentratie H+ is 5,6x10^-10, die van NH3 is niet altijd hetzelfde Dat is alleen als je nv NH4Cl is water oplost en geen andere zuren of basen hebt. Al je de [H+] invult in de Kz, kun je de verhouding tussen NH3 en NH4+ berekenen. en dat is wat hier wordt gevraagd. Hopelijk maakt dit het iets duidelijker.
@@Min-bf4yo Je hebt hier het zuur NH4+ en de geconjugeerde base NH3. Ik kijk dus naar het evenwicht NH4+ + H2O evenwichtspijlen NH3 + H3O+. De evenwichtsconstante/Kz staat in binas 49. Met de gegeven pH kan ik [H3O+] (je mag ook zeggen [H+] uitrekenen. Ik kan de concentraties van NH3 en NH4+ niet berekenen, maar dat hoeft ook niet. Ze vragen namelijk naar de verhouding tussen NH3 en NH4+ en die kan ik wel uitrekenen. Door de [H3O+] in te vullen kan ik [NH3]/{NH4+] berekenen en dat is de verhouding [NH3] : [NH4+].
8:46 mag je de x onder de breuk wegstrepen zodat je geen ABC-formule hoeft te doen? In mijn boek doen ze dat maar ik weet niet of dat in het examen mag
Dit is maar 1 keer gevraagd deze eeuw 2021 III vraag 7 en toen mocht je het wegstrepen. Dus dat zou ik doen als ze het vragen, de abc formule kost heel veel tijd met dit soort vervelende getallen. Succes met oefenen voor je examen verder!
@@bluehouse41 Daar heb je helemaal gelijk in natuurlijk. De vraag was of dit in het examen mag zonder dit te controleren. Het blijkt uit het correctievoorschrift van 2022 III vraag 7 dat dit niet aangerekend wordt: www2.cito.nl/vo/ex2022/VW-1028-a-22-3-c.pdf
Dat komt omdat de base CO32- twee keer een H+ kan opnemen (dat kun je ook zien aan de 2- lading). Azijnzuur kan maar 1 H+ afstaan. Er staat in de vraag dat er een overmaat azijnzuur is. Daarom reageren twee azijnzuurmoleculen per CO32-.
Hij is maar 1 keer gevraagd deze eeuw: vraag 7 van 2022 tijdvak 3. Bij die opgave mocht je x ook verwaarlozen. De abc-formule zelf kun je vinden in binas 36C.
Wanneer komt er water in de reactievergelijking voor? Is dat alleen als er gezegd wordt "oplossing" of "water" ? En aan welke kant van de pijl komt dat water?
Als je een zwak zuur oplost in water, gaat dat zwakke zuur daarna een evenwichtsreactie aan met water. Voorbeeld: HCOOH + H2O evenwichtspijlen H3O+ + HCOO_. Als je een zwakke base oplost in water, reageert die ook in een evenwichtsreactie met water. Voorbeeld: NH3 + H2O evenwichtspijen NH4+ + OH-. Daarnaast kan een sterke base met water reageren (zie r in binas 45A). Als je bijvoorbeeld calciumoxide en water mengt: CaO + H2O --> Ca2+ + 2 OH-.
@@WouterRenkema ah oké! Dus als er aangegeven is dat een zwak zuur of zwakke base in water is opgelost heb je de evenwichtsreactie met water rechts van de pijl en een sterk zuur kan dus niet met water reageren?
De gewoonte is om op vwo bij zuren en basen H3O+ te gebruiken en bij redox H+. Als je H+ noteert in plaats van H3O+. wordt dat ook goed gerekend. Kijk bv op blz 22 van de syllabus www.examenblad.nl/system/files/2022/syllabi/syllabus_scheikunde_versie_2_vwo_2024.pdf of naar vraag 9 in het correctiemodel van dit examen: newsroom.nvon.nl/files/default/skv172cv.pdf
Ja, bij redox is het de gewoonte om H+ te schrijven en bij zuren en basen H3O+ op het VWO. Als je in de syllabus kijkt op blz 21 dan staat dat zowel H+ en H3O+. Of kijk in het correctiemodel 2017 II vraag 9. Daar staat een reactievergelijking met H3O+, maar staat erbij dat het met H+ ook goed gerekend wordt.
Wanneer is het eigenlijk zo dat je bijvoorbeeld een base in de vaste vorm moet gebruiken? Als je bijvoorbeeld CaCO3 hebt moet je dit dan in vast vorm doen of in de opgeloste vorm met ionen?
Sorry, een zeer laat antwoord. Calciumcarbonaat is een slecht oplosbaar zout (zie binas 45A). Dus je noteert het als CaCO3 (s). Als je een oplossing hebt van bijvoorbeeld natriumcarbonaat, dan is dat 2 Na+(aq) + CO32- (aq). In een zuur-base reactie, van bijvoorbeeld een natriumcarbonaat-oplossing met zoutzuur, krijg je alleen CO32- in de reactievergelijking. Na+ doet niet mee, het is een tribune-ion, en staat dus niet in de reactievergelijking.
@@scheikundechallenge7762 maar waarom is Na2O dan wel een sterke base? want die staat niet onder OH- in T49, of moet je alleen kijken naar de O2- die er inzit? net als natronloog dat is toch echt wel een sterke base maar staat niet onder OH-
@@coothvfx8883 het klopt wat je zegt, in Na20 zit de sterke base O2-. Net als in K2O etc. In natronloog zit OH-, die zien we ook als sterke base. Eigenlijk moet je zeggen: OH- en alle wat daaronder staat in binas 49 zijn sterke basen.
De gewoonte is om bij zuren en basen H3O+ te gebruiken en bij redox H+. In het examenprogramma staat op blz 21 ( www.examenblad.nl/examenstof/syllabus-2021-scheikunde-vwo/2021/vwo/f=/scheikunde_4_versie_vwo_2021_nader_vastgesteld.pdf ) ook H+ en als je kijkt bij vraag 9 in dit correctiemodel: static.examenblad.nl/9336117/d/ex2017/VW-1028-a-17-2-c.pdf kun je concluderen dat H+ op het examen ook goed wordt gerekend bij zuren en basen.
ik heb nog precies 20 minuten tot mijn examen👍
edit: op naar de herkansingen, joejoe
Ik gelukkig nog 2 uur
Geslaagd?
@@Tom14788 yesss ik wel :))
ik word hier relatief zuur van
I guess it is pretty off topic but does anyone know a good site to stream newly released series online?
@Abdiel Amir lately I have been using flixzone. You can find it on google :)
🤓
HAHAHAHAHA oh wat grappig joh ik lig helemaal in een deuk
Ik heb nog nooit zo'n interresant filmpje gezien goed bezig maat :D. Ik ben meteen geabonneerd
Heel goed filmpje kon perfect checken of wat ik geleerd had goed was of niet👍
prachtige video makker, ga zo door
Bij de reactievergelijking van calciumcarbonaat en de overmaat azijnzuur op 5:30: moet je dan niet rechts van de pijl de Ca2+ en de 2CH3COO- samenvoegen tot Ca(CH3COO)2?
In een oplossing blijven de Ca2+ ionen en CH3COO- ionen los van elkaar (het is oplosbaar in water volgens binas 45 A).
@@WouterRenkema Oke duidelijk, bedankt voor uw snelle reactie!
ik zie de formule van pH waarde niet op tabel 37H is dat een foutje?
Sorry, die staat in de 6e druk een bladzijde verder: tabel 38A.
in de opdrachten van de 30 challenge staat
Waarom geleidt een ammonia goed stroom? met als antw;
NH3 + H2O > NH4+ + OH- ionen kunnnen vrij bewegen
Ik snap dit niet, NH3 staat in binas t49 als base boven h20 als zuur, hoe neemt de base dan alsnog een h+ op?
NH3 is een zwakke base en reageert daarom in een evenwichtsreactie tot NH4+ en OH-. Als je alleen een zwakke base in water hebt, dan hoef je niet in binas te kijken. Hetzelfde geldt als je kijkt naar een zwakke base in water. We hebben het dan wel over evenwichtsreactie waarbij het evenwicht sterk links ligt, dus aan de kant van de zwakke base + water of van het zwakke zuur + water. Zie ook. ua-cam.com/video/kufClldgB1s/v-deo.html
@@scheikundechallenge7762 Ah duidelijk, ik zal de video ook bekijken. Dankjewel!!!!
8:56 ik snap niet zo goed hoe u op 1.035 x 10-3 komt?
Dat getal ontstaat bij het wegwerken van de haakjes, het is 6,,9x10^-3x0,15. Je gaat het schrijven in de vorm ax^2 + bx + c = 0 om daarna de abc-formule te kunnen toepassen. Hopelijk maakt dit het wat duidelijker.
bij 3:11 is na2o toch geen sterke base ik zie het niet in tabel 49 onder OH- staan
In het zout Na2O zit de sterke base O^2- (die staat wel in binas 49). Omdat je nooit alleen oxide-ionen hebt, heb je deze sterke base altijd als onderdeel van een zout, bijvoorbeeld natriumoxide zoals in dit voorbeeld.
Hallo, ik vroeg mij af hoe het kan dat CO3^2-, 2 H+ ionen opneemt terwijl het een zwakke base is, zou je niet 1 H+ moeten zijn ? (4:24)
Het is inderdaad een zwakke base. In water zou CO32- inderdaad 1 H+ opnemen. In dit filmpje wordt een overmaat van een sterk zuur toegevoegd. CO32- kan door de 2- lading 2 keer H+ opnemen, het zal ook 2 keer H+ opnemen als er genoegd H+ in de oplossing aanwezig is. Omdat er overmaat staat van het zuur, weet je hier dat er genoeg H+ aanwezig is.
@@scheikundechallenge7762 ahaaa okey dankuwel!
Waarom worden er in de reactie met het zwakke zuur bij 5:05 geen evenwichtspijlen gebruikt?
Omdat het CO2 ontsnapt uit de oplossing, zal de reactie naar links in het evenwicht niet plaatsvinden. Het evenwicht loopt uiteindelijk af naar rechts en daarom staat er alleen een pijl naar rechts. Als je er wel evenwichtspijlen zet, wordt dat over het algemeen wel goed gerekend.
Hoezo wordt bij 10:10 de concentratie van NH3 5.6 x 10^-10 ?
De concentratie H+ is 5,6x10^-10, die van NH3 is niet altijd hetzelfde Dat is alleen als je nv NH4Cl is water oplost en geen andere zuren of basen hebt. Al je de [H+] invult in de Kz, kun je de verhouding tussen NH3 en NH4+ berekenen. en dat is wat hier wordt gevraagd. Hopelijk maakt dit het iets duidelijker.
@@scheikundechallenge7762Ik snap nog niet precies wat u heeft gedaan om de formule om te vormen en hoe u aan de concentratie van NH3 en NH4+ komt
@@Min-bf4yo Je hebt hier het zuur NH4+ en de geconjugeerde base NH3. Ik kijk dus naar het evenwicht NH4+ + H2O evenwichtspijlen NH3 + H3O+. De evenwichtsconstante/Kz staat in binas 49. Met de gegeven pH kan ik [H3O+] (je mag ook zeggen [H+] uitrekenen. Ik kan de concentraties van NH3 en NH4+ niet berekenen, maar dat hoeft ook niet. Ze vragen namelijk naar de verhouding tussen NH3 en NH4+ en die kan ik wel uitrekenen. Door de [H3O+] in te vullen kan ik [NH3]/{NH4+] berekenen en dat is de verhouding [NH3] : [NH4+].
@@scheikundechallenge7762 Helemaal top. Dankuwel voor de snelle reacties.
Op 9:19 worden toch 3 significante cijfers gebruikt en niet 2?
Bij pH-waarden (en POH-waarden) tellen alleen de cijfers na de komma als significante cijfers. Een pH van 1,54 heeft dus 2 significante cijfers.
8:46 mag je de x onder de breuk wegstrepen zodat je geen ABC-formule hoeft te doen? In mijn boek doen ze dat maar ik weet niet of dat in het examen mag
Dit is maar 1 keer gevraagd deze eeuw 2021 III vraag 7 en toen mocht je het wegstrepen. Dus dat zou ik doen als ze het vragen, de abc formule kost heel veel tijd met dit soort vervelende getallen. Succes met oefenen voor je examen verder!
@@WouterRenkema Wel eerst kijken of je x wel mag wegstrepen. Beginconcentratie delen door Kz of Kb moet groter of gelijk zijn aan 100
@@bluehouse41 Daar heb je helemaal gelijk in natuurlijk. De vraag was of dit in het examen mag zonder dit te controleren. Het blijkt uit het correctievoorschrift van 2022 III vraag 7 dat dit niet aangerekend wordt: www2.cito.nl/vo/ex2022/VW-1028-a-22-3-c.pdf
waarom is bij 5:35 azijnzuur twee keer ?
Dat komt omdat de base CO32- twee keer een H+ kan opnemen (dat kun je ook zien aan de 2- lading). Azijnzuur kan maar 1 H+ afstaan. Er staat in de vraag dat er een overmaat azijnzuur is. Daarom reageren twee azijnzuurmoleculen per CO32-.
moet je die abc formule kennen voor het examen
Hij is maar 1 keer gevraagd deze eeuw: vraag 7 van 2022 tijdvak 3. Bij die opgave mocht je x ook verwaarlozen. De abc-formule zelf kun je vinden in binas 36C.
Wanneer komt er water in de reactievergelijking voor? Is dat alleen als er gezegd wordt "oplossing" of "water" ? En aan welke kant van de pijl komt dat water?
Als je een zwak zuur oplost in water, gaat dat zwakke zuur daarna een evenwichtsreactie aan met water.
Voorbeeld: HCOOH + H2O evenwichtspijlen H3O+ + HCOO_.
Als je een zwakke base oplost in water, reageert die ook in een evenwichtsreactie met water. Voorbeeld:
NH3 + H2O evenwichtspijen NH4+ + OH-.
Daarnaast kan een sterke base met water reageren (zie r in binas 45A). Als je bijvoorbeeld calciumoxide en water mengt:
CaO + H2O --> Ca2+ + 2 OH-.
@@WouterRenkema ah oké! Dus als er aangegeven is dat een zwak zuur of zwakke base in water is opgelost heb je de evenwichtsreactie met water rechts van de pijl en een sterk zuur kan dus niet met water reageren?
Klopt. Zwkke zuren staan in binas tabel 49 onder H3O+ en boven H2O en daarnaast staan de zwakke basen.
maakt het echt niet uit of je h+ of h3o+ gebruikt?
De gewoonte is om op vwo bij zuren en basen H3O+ te gebruiken en bij redox H+. Als je H+ noteert in plaats van H3O+. wordt dat ook goed gerekend. Kijk bv op blz 22 van de syllabus www.examenblad.nl/system/files/2022/syllabi/syllabus_scheikunde_versie_2_vwo_2024.pdf of naar vraag 9 in het correctiemodel van dit examen: newsroom.nvon.nl/files/default/skv172cv.pdf
Ja, bij redox is het de gewoonte om H+ te schrijven en bij zuren en basen H3O+ op het VWO. Als je in de syllabus kijkt op blz 21 dan staat dat zowel H+ en H3O+. Of kijk in het correctiemodel 2017 II vraag 9. Daar staat een reactievergelijking met H3O+, maar staat erbij dat het met H+ ook goed gerekend wordt.
Wanneer is het eigenlijk zo dat je bijvoorbeeld een base in de vaste vorm moet gebruiken? Als je bijvoorbeeld CaCO3 hebt moet je dit dan in vast vorm doen of in de opgeloste vorm met ionen?
Sorry, een zeer laat antwoord. Calciumcarbonaat is een slecht oplosbaar zout (zie binas 45A). Dus je noteert het als CaCO3 (s). Als je een oplossing hebt van bijvoorbeeld natriumcarbonaat, dan is dat 2 Na+(aq) + CO32- (aq). In een zuur-base reactie, van bijvoorbeeld een natriumcarbonaat-oplossing met zoutzuur, krijg je alleen CO32- in de reactievergelijking. Na+ doet niet mee, het is een tribune-ion, en staat dus niet in de reactievergelijking.
@@scheikundechallenge7762 maar waarom is Na2O dan wel een sterke base? want die staat niet onder OH- in T49, of moet je alleen kijken naar de O2- die er inzit? net als natronloog dat is toch echt wel een sterke base maar staat niet onder OH-
@@coothvfx8883 het klopt wat je zegt, in Na20 zit de sterke base O2-. Net als in K2O etc. In natronloog zit OH-, die zien we ook als sterke base. Eigenlijk moet je zeggen: OH- en alle wat daaronder staat in binas 49 zijn sterke basen.
Mag je wel H+ noteren inplaats van H3O+? Ik heb namelijk begrepen dat je op vwo H3O+ moet noteren op het examen. Klopt dat?
De gewoonte is om bij zuren en basen H3O+ te gebruiken en bij redox H+.
In het examenprogramma staat op blz 21 ( www.examenblad.nl/examenstof/syllabus-2021-scheikunde-vwo/2021/vwo/f=/scheikunde_4_versie_vwo_2021_nader_vastgesteld.pdf ) ook H+ en als je kijkt bij vraag 9 in dit correctiemodel: static.examenblad.nl/9336117/d/ex2017/VW-1028-a-17-2-c.pdf kun je concluderen dat H+ op het examen ook goed wordt gerekend bij zuren en basen.