Je hebt alleen HZ opgelost in water. Volgens de reactievergelijking ontstaan H3O+ en Z- in de molverhouding 1 : 1. Daarom zijn deze beide concentraties aan elkaar gelijk.
Heel erg bedankt voor de filmpjes die u maakt! Dankzij deze filmpjes heb ik eindelijk het gevoel dat ik er weer iets van snap haha. Ik ga vol goede moed mijn pta tegemoet :)
Ik snap niet goed waarom de H3O+ concentratie en de Z- concentratie in het tweede voorbeeld gelijk zijn. Heeft dat te maken met de molverhoudingen of is het gewoon een algemene regel?
Hallo, Allereerst: heel erg bedankt voor uw filmpjes, u heeft al vele proefwerken gered :) Helaas blijf ik dit rekenen met zuren en basen lastig vinden. Wat ik niet begrijp in uw uitleg: bij een oplossing met een zuur en een base (mogelijkheid 4) reageren het zuur en de base toch met elkaar en niet één van de twee met het water? (Tenzij het water natuurlijk een sterker zuur/base is, maar dat is toch niet altijd zo?). En als je een oplossing maakt met een zuur en een base, dan moet toch in de reactievergelijking allebei staan?
7 jaar later en hij redt nog steeds levens
maak er 8 van
@@danielmpour3021 nee
Maak er maar 9 van
maak er maar 11 van
Ik durf te wedden dat menig cijfer door deze filmpjes van hopeloos naar top zijn gegaan. Bedankt!
de reacties op de videos bewijzen dit haha :P
Ik wil ff zeggen, U bent echt een held
Je hebt alleen HZ opgelost in water. Volgens de reactievergelijking ontstaan H3O+ en Z- in de molverhouding 1 : 1. Daarom zijn deze beide concentraties aan elkaar gelijk.
Erg fijne stem en goede articulatie, perfect!
10 jaar geleden maar een laat bedankje
Ik heb 1 filmpje gemaakt over directe titraties. Dat is filmpje 18 VWO. Succes morgen met de toets.
Heel erg bedankt voor de filmpjes die u maakt! Dankzij deze filmpjes heb ik eindelijk het gevoel dat ik er weer iets van snap haha. Ik ga vol goede moed mijn pta tegemoet :)
Erg bedankt! Het is zoveel duidelijker nu.
Als de H3O+ is gegeven is toch ook automatisch de Z- gegeven?
[H3O+] = [OH-]
Deze man is echt een strijder.
Ik snap niet goed waarom de H3O+ concentratie en de Z- concentratie in het tweede voorbeeld gelijk zijn. Heeft dat te maken met de molverhoudingen of is het gewoon een algemene regel?
wie kijkt in 2020
sorry 2022
@@fnurbz Je bent niet de enige
@@liekehegeman2253 2024 me boys
Kan je ook om te weten hoeveel er is geïoniseerd de [Z-]/HZ concentratie? Immers is de H3O+ concentratie gelijk aan de HZ concentartie
Moet je bij de vierde vraag niet juist altijd de sterkste uitwerken?
Geweldig gewoon! Heel erg bedankt voor deze mega heldere uitleg!!! Ga zoor door ;)
Hallo,
Allereerst: heel erg bedankt voor uw filmpjes, u heeft al vele proefwerken gered :) Helaas blijf ik dit rekenen met zuren en basen lastig vinden. Wat ik niet begrijp in uw uitleg: bij een oplossing met een zuur en een base (mogelijkheid 4) reageren het zuur en de base toch met elkaar en niet één van de twee met het water? (Tenzij het water natuurlijk een sterker zuur/base is, maar dat is toch niet altijd zo?). En als je een oplossing maakt met een zuur en een base, dan moet toch in de reactievergelijking allebei staan?
beetje laat maar water kan als zuur en base fungeren ;P
Beste scheikundeleraar ooit.
Hoe weet je wanneer een zuur zwak of sterk is ? En wanneer een base zwak of sterk is?
Tabel 49 in BINAS, als de Kz of Kb >>1 is, is sprake van een sterk zuur of base. (De rest is dan dus zwak.)
Super filmpjes, goede ondersteuning!
Wat een held
heel erg bedankt!
Geweldige filmpjes! Held!
Not all heroes wear capes
Beetje laat, maar toch een heel stel goede filmpjes!
Binas tabel 49